oeverschijfhoren
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- oe·ver·schijf·ho·ren
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van oever zn en schijfhoren zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | oeverschijfhoren | oeverschijfhorens |
verkleinwoord | oeverschijfhorentje | oeverschijfhorentjes |
Zelfstandig naamwoord
het oeverschijfhoren o
- (buikpotigen) Gyraulus riparius een slakkensoort uit de familie van de Planorbidae . De wetenschappelijke naam van de soort werd in 1865 als Planorbis riparius voor het eerst geldig gepubliceerd door Westerlund
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'oeverschijfhoren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.