noemt op
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- noemt op
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
opnoemen |
noemt op
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opnoemen
- Jij noemt op.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opnoemen
- Hij noemt op.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van opnoemen
- Noemt op!
Gangbaarheid
- Het woord noemt op staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.