nieuwbouwwijk
Uiterlijk
- nieuw·bouw·wijk
- samenstelling van nieuwbouw en wijk
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | nieuwbouwwijk | nieuwbouwwijken |
verkleinwoord | nieuwbouwwijkje | nieuwbouwwijkjes |
- een nieuw gebouwde woonwijk.
- Het woord nieuwbouwwijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "nieuwbouwwijk" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be