neurotisch
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: neurotisch (hulp, bestand)
Woordafbreking
- neu·ro·tisch
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | neurotisch | neurotischer | |
verbogen | neurotische | neurotischere | |
partitief | neurotisch | neurotischers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
neurotisch
- (medisch) met betrekking tot een ziekelijke houding
- Ik vertelde haar dat ik een Franse vriend op bezoek had en dat ik me zorgen maakte over zijn neurotische rookgedrag. Mijn moeder zei dat met medicijnen veel onderdrukt kan worden. [1]
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord neurotisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "neurotisch" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Sandes, DavidDe wondermethode 2006 ISBN 9044509543 pagina 51
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel neuro- in het Nederlands
- Achtervoegsel -isch in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Medisch in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %