neosenior

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • neo·se·ni·or
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord neosenior neosenioren
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

neosenior m

  1. (sport) sporter jonger dan 23 jaar; sporter die net is overgegaan van de junioren naar de senioren
     Schipper schaatst sinds het seizoen 2007/2008 bij de senioren en is vooral actief op de kortste afstanden. Vorig jaar werd hij Nederlands kampioen bij de neosenioren op de 500 en 1.000 meter.[1]

Gangbaarheid

34 % van de Nederlanders;
41 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron “Schaatser Schipper naar Control” (05-05-2010), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be