neoprof
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- neo·prof
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | neoprof | neoprofs |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
neoprof m
- iemand die voor het eerst als beroepswielrenner aan wedstrijden deelneemt
- ▸ Met de Sloveen Matej Mohoric, wereldkampioen bij de beloften, en de Italianen Davide Villella, Alberto Bettiol en Davide Formolo kregen er vier jongeren een contract als neoprof bij het team van de Slovaak Peter Sagan. In totaal staan er zo 27 renners op de loonlijst bij Cannondale.[1]
- ▸ 'We hebben een sterke ploeg, met André Greipel als speerpunt. Jens Debusschere en Jürgen Roelandts zullen de laatste mannen zijn in het sprinttreintje voor hem. Olivier Kaisen in de eerste plaats, maar ook neoprof Stig Broeckx, zijn de mannen voor het werk onderweg.[2]
Gangbaarheid
- Het woord neoprof staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "neoprof" herkend door:
46 % | van de Nederlanders; |
68 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Cannondale volgend seizoen met zeven nieuwe renners” (21-11-2013), Tubantia
- ↑ Weblink bron “Tour Down Under zoekt opvolger voor Tom-Jelte Slagter” (20-01-2014), Tubantia
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be