negenenzeventigste
Uiterlijk
- ne·gen·en·ze·ven·tig·ste
- Afgeleid van het hoofdtelwoord negenenzeventig met het achtervoegsel -ste
negenenzeventigste
- nummer negenenzeventig in een rij.
- Hij viert morgen zijn negenenzeventigste verjaardag.
- gedeeld door negenenzeventig.
- Het woord negenenzeventigste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.