namdaphaglijvlieger
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- nam·da·phag·lij·vlie·ger
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van Namdapha en en glijvlieger zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | namdaphaglijvlieger | namdaphaglijvliegers |
verkleinwoord | namdaphaglijvliegertje | namdaphaglijvliegertjes |
Zelfstandig naamwoord
de namdaphaglijvlieger m
- (knaagdieren) Biswamoyopterus biswasi knaagdier uit de familie van de eekhoorns (Sciuridae). De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst geldig gepubliceerd door Saha in 1981. De soort komt voor in India
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'namdaphaglijvlieger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.