muntstuk
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- munt·stuk
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van munt en stuk
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | muntstuk | muntstukken |
verkleinwoord | muntstukje | muntstukjes |
Zelfstandig naamwoord
muntstuk o
- een geslagen stuk metaal, veelal rond van vorm, dat als betaalmiddel fungeert
- Je hebt voor deze automaat twee muntstukken van een euro nodig.
Gangbaarheid
- Het woord muntstuk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "muntstuk" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be