moroko
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- mo·ro·ko
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | moroko | moroko's |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
moroko
- (straalvinnigen) Brycon falcatus een straalvinnige vissensoort uit de familie van de karperzalmen (Characidae ). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1844 door Müller & Troschel
Hyperoniemen
- karperzalmen, karperzalmachtigen, meervallen en karperachtigen, beenvissen, straalvinnigen, beenvisachtigen, gewervelden, chordadieren, dieren
Gangbaarheid
- Het woord 'moroko' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.