mistral
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mis·tral
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Provençaals, in de betekenis van ‘bepaalde wind in Zuid-Frankrijk’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1]
- uit het Frans [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mistral | mistrals |
verkleinwoord | mistralletje | mistralletjes |
Zelfstandig naamwoord
- harde noorden wind in het zuidoosten van Frankrijk
- Als je bergaf de beste bent zoals in Bagnegraveres-de-Luchon, als je zoals onderweg naar Montpellier even hard door de mistral klieft als Peter Sagan, maar vooral de betere tijdrijder bent in een Tour waarin niet aangevallen wordt, dan heb je geen tegenstand.[4]
- Het Franse filmicoon, warmpjes gekleed met een forse sjaal rond haar schouders tegen de opstekende mistral, staat erom bekend dat zij haar eigen wetten bepaalt. Ze rookt waar en wanneer ze wil, ook al betekent dat een verbanning naar de winderige toplaag van het vijfsterrenhotel.[5]
Verwante begrippen
Hyperoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord mistral staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "mistral" herkend door:
80 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen.[6] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "mistral" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ mistral op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ De Standaard 22 JULI 2016 Hugo Coorevits
- ↑ Tubantia Ab Zagt 02-07-15
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be