meesmokkelen

Uit WikiWoordenboek


Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mee·smok·ke·len
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

meesmokkelen

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
meesmokkelen
smokkelde mee
meegesmokkeld
zwak -d volledig
  1. stiekem over een grens meenemen
     De later in Amerika gedrukte pocketversie, waarvan er 10.000 werden gedrukt, liet zich makkelijker meesmokkelen.[1]
     Daar houden de blunders nog niet op, zegt de man. "Diezelfde dag heb ik de beveiliging ook tot twee keer toe omzeild met een valse personeelsbadge én kon ik ongemerkt een mes meesmokkelen."[2]
     Op het vliegveld van Kuala Lumpur in Maleisië zijn meer dan 5000 schildpadden onderschept. De twee reizigers kwamen met een lijnvlucht uit China en wilden de 5000 schildpadden meesmokkelen, om ze vervolgens als huisdieren te verkopen in India.[3]


Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. “Dokter Zjivago” (1957), G.A. van Oorschot op Wikipedia, ISBN 9789028261396
  2. Bronlink geraadpleegd op 3 april 2022 Weblink bron “'Neppassagier met 'bomgordel' langs beveiliging Brussels Airport'” (28-02-2019), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 3 april 2022 Weblink bron “Douane onderschept 5000 schildpadden op luchthaven Kuala Lumpur” (26-06-2019), NOS