medehoofdredacteur
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- me·de·hoofd·re·dac·teur
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van mede bw en hoofdredacteur zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | medehoofdredacteur | medehoofdredacteuren |
verkleinwoord | medehoofdredacteurtje | medehoofdredacteurtjes |
Zelfstandig naamwoord
de medehoofdredacteur m
- (beroep) iemand die samen met iemand anders de functie van hoofdreacteur verricht
- ▸ Naast Afellay nemen ook Theo Janssen, Pierre van Hooijdonk en Freek Jansen (mede-hoofdredacteur Voetbal International) plaats aan de tafel.[1]
- ▸ Het vuilnis van Jan Dijkgraaf, mede-hoofdredacteur van tijdschrift Het Binnenhof, ligt op straat. Dat schrijft studententijdschrift Propria Cures, dat foto's van het vuil publiceert.[2]
Gangbaarheid
- Het woord 'medehoofdredacteur' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Afellay zondag in Studio Voetbal” (Vrijdag 16 oktober 2020, 14:43), NOS
- ↑ Weblink bron “Ook vuilnis Jan Dijkgraaf op straat” (Donderdag 20 mei 2010, 17:54), NOS