mechanica
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- me·cha·ni·ca
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘theoretische werktuigkunde’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1740 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mechanica | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
mechanica v
- (natuurkunde) natuurkunde die zich bezighoudt met het evenwicht en de beweging van lichamen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
- mechanisch, aerodynamica, dynamica, hydrodynamica, kinematica, kinetica, natuurkunde, statica, sterkteleer
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord mechanica staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "mechanica" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.