materiaalpech

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  materiaalpech    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ma·te·ri·aal·pech

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  materiaal zn  en  pech zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	materiaalpech
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de materiaalpech m

1. onvoorziene schade aan zaken die men nodig heeft om een bepaalde taak te volbrengen

   ▸ Het was wederom een bewogen eerste koersweek van het jaar voor Tom Dumoulin. Waar hij vorig jaar met materiaalpech kampte en gefrustreerd rondreed in Abu Dhabi, was hij dit keer bijna afgestapt in de Ronde van de Verenigde Arabische Emiraten.

   ▸ Bondscoach De Knegt verbaasde zich toen toch even. "Oh, dacht ik, het begint weer opnieuw. Maar Mathieu was technisch op de schuine kant duidelijk beter. Maar hij moest het wel even binnenrijden. Materiaalpech lag ook op de loer."

Synoniemen

• panne

Gangbaarheid

• Het woord materiaalpech staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.