marechaussee

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ma·re·chaus·see
Woordherkomst en -opbouw
  • van Frans maréchausée, in de betekenis van ‘militair politiekorps’ in het jaar 1815 [1]
    Deze term werd door koning Willem I uit ideologische gronden na de herwonnen onafhankelijkheid van Nederland ingevoerd, ter vervanging van de Franse Gendarmerie nationale op Wikipedia (nl). De gens d'armes ("gewapende lieden") bestonden oorspronkelijk uit bewapende volksbrigades, die aan het begin van de Franse Revolutie ten tonele verschenen: ze werden vervolgens officieel op 16 februari 1791 met de ordehandhaving in Frankrijk belast. De oudere maréchausée werd met het monarchale Ancien Régime geassocieerd en vervolgens afgeschaft: de benaming is in het Frans sindsdien in onbruik geraakt.
enkelvoud meervoud
naamwoord marechaussee marechaussees
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de marechausseem

  1. (ordehandhaving) (beroep) lid van het korps Marechaussee
    • De marechaussee zorgt in Nederland voor de politiedienst van de strijdkrachten en voor de controle van het grensoverschrijdend personenverkeer. .
Verwante begrippen

Gangbaarheid

95 % van de Nederlanders;
66 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen