linkerkuit

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  linkerkuit    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• lin·ker·kuit

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  links bn  en  kuit zn  met het invoegsel -er- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	linkerkuit	linkerkuiten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de linkerkuit v / m

1. de achterkant van het linker onderbeen

   ▸ Ik rende hard weg maar werd achtervolgd door een zwerm zwarte insecten. Pas 100 meter verder durfde ik te stoppen om de schade op te nemen. Vooral mijn linkerkuit was het doelwit geweest en werd met de minuut dikker en pijnlijker.

2. de spieren aan de achterkant van het linker onderbeen

   ▸ Modric strompelde het veld af na een duel met Harry Wilson, waarvoor hij geel kreeg van scheidsrechter Björn Kuipers. Bale had last van zijn linkerkuit. Aangezien bondscoach Ryan Giggs al drie keer had gewisseld, moest Bale wel op het veld blijven staan.

Verwante begrippen

• rechterkuit

Gangbaarheid

• Het woord linkerkuit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.