levensechtheid

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • le·vens·echt·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord levensechtheid levensechtheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

levensechtheid v [1]

  1. het helemaal overeenkomen met de levende werkelijkheid
     ... alsof ze juist wil onderstrepen dat we naar schilderijen kijken, of duidelijk wil maken dat het uiteindelijk niet haar opzet is om met anderen te concurreren wat levensechtheid en precisie betreft.[2]
     Blijft ongelukkig de keuze van Marco Braam als Dorus' muzikale gabber 'meneer Cor Steijn': de legendarische organist had meer levensechtheid verdiend.[3]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Johan Harstad (vert. Edith Koenders en Paula Stevens)
    “Max, Mischa & het Tet-offensief” (2017), Podium op Wikipedia, ISBN 9789057598500
  3. Bronlink geraadpleegd op 13 februari 2022 Weblink bron
    Louis DuMoulin
    “Vrijwel alles klopt aan Dorus, behalve meneer Cor” (10-12-2014), Tubantia