leid voor
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- leid voor
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
voorleiden |
leid (...) voor
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorleiden
- Ik leid voor.
- gebiedende wijs van voorleiden
- Leid voor!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorleiden
- Leid je voor?
Gangbaarheid
- Het woord leid voor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.