voorleiden
Uiterlijk
- Geluid: voorleiden (hulp, bestand)
- voor·lei·den
- samenstelling van voor bw en leiden ww
voorleiden [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
voorleiden |
leidde voor |
voorgeleid |
zwak -d | volledig |
- (juridisch) door een rechter laten beoordelen in een rechtszaak
- De aanklager van Cremona laat in totaal dertig personen voorleiden, die ervan verdacht worden wedstrijden uit de tweede en derde klasse te hebben gemanipuleerd. Daarnaast zouden ze zowel in Italië als in het buitenland grote sommen geld op die duels hebben ingezet. [2]
- door een jury laten beoordelen
- Terwijl de ruim honderd imposante volwassen exemplaren naast de ring worden bewonderd, zijn het in de ring de kalveren en hun jonge baasjes die de aandacht trekken als zij hun kalveren voorleiden. [3]
- [1] voorgeleiden
- Het woord voorleiden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia 01-06-11 Ex-international Signori opgepakt in gokaffaire
- ↑ Tubantia Roel Lutkenhaus 09-08-12 Van stro en vijgen tot zaagsel en vlaai