leñatero
Spaans
Uitspraak
Woordafbreking
- le·ña·te·ro
enkelvoud | meervoud |
---|---|
leñatero | leñateros |
Zelfstandig naamwoord
leñatero m
- (beroep) houthakker
- verkoper van brandhout
Synoniemen
Verwijzingen
- leñatero in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española