kraakijs
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kraak·ijs
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kraak ww en ijs
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kraakijs | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
kraakijs o
- ijs dat kraakt, bomijs
- "Kraakijs is geen breekijs" werd er wel beweerd
Gangbaarheid
- Het woord kraakijs staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "kraakijs" herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
74 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be