koekoekshommels
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- koe·koeks·hom·mels
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van koekoeks zn en hommels zn
- koekoekshommel zn met de uitgang -s
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | koekoekshommels | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de koekoekshommels mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord koekoekshommel
- meervoudsvorm als officiële benaming (vliesvleugeligen) Psithyrus een ondergeslacht van de hommels (Bombus). De groep werd voor het eerst wetenschappelijk beschreven door Amédée Louis Michel le Peletier, comte de Saint-Fargeau in 1832. Koekoekshommels verschillen van alle andere hommels doordat ze zelf geen nest maken, maar parasiteren op andere hommels. Ze hebben dan ook geen stuifmeelkorfjes aan de poten om stuifmeel te verzamelen
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Verwante begrippen
- boomkoekoekshommel, gewone koekoekshommel, lichte koekoekshommel, rode koekoekshommel, tweekleurige koekoekshommel, vierkleurige koekoekshommel
Gangbaarheid
- Het woord koekoekshommels staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 15
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Meervoudsvorm binnen nomenclatuur in het Nederlands
- Vliesvleugeligen in het Nederlands
- Insecten in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal