knokkelkoortsvirus
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: knokkelkoortsvirus (hulp, bestand)
- IPA: / ˈknɔkɛlkortsˌfirʏs / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- knok·kel·koorts·vi·rus
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van knokkelkoorts zn en virus zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | knokkelkoortsvirus | knokkelkoortsvirussen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het knokkelkoortsvirus o
- (medisch) (virussen) benaming voor de verwekker van de ziekte dengue, Dengue virus
- ▸ Voorbeelden van de gevolgen van klimaatverandering voor de gezondheid zijn in alle werelddelen zichtbaar, signaleert het rapport verder. Voorbeelden zijn de verspreiding van het knokkelkoortsvirus in Zuid-Amerika, hart- en longproblemen als gevolg van hittegolven en bosbranden in Australië, Noord-Amerika en Europa, en ondervoeding en geestelijke aandoeningen in China, Bangladesh, Ethiopië en Zuid-Afrika.[1]
- ▸ Daarnaast leidt het plastic tot milieu- en gezondheidsproblemen. De stapels tasjes vormen een broedplaats voor muggen die het malaria- en knokkelkoortsvirus dragen. Ook voor dieren, vissen en vogels is het een gevaar: ze zien het als voedsel en stikken erin.[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'knokkelkoortsvirus' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “'Steeds meer ouderen overlijden door extreme hitte'” (03-12-2020), NOS
- ↑ Weblink bron Christiaan Doolaard“Met plastic tas over straat in Kenia?
38.000 dollar boete” (28-08-2017), Tubantia
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 18
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 5 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Medisch in het Nederlands
- Virussen in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal