klooier
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- klooi·er
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van klooien met het achtervoegsel -er
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | klooier | klooiers |
verkleinwoord | klooiertje | klooiertjes |
Zelfstandig naamwoord
klooier [1]
- iemand die klooit
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'klooier' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.