klimoefening

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • klim·oe·fe·ning
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord klimoefening klimoefeningen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de klimoefeningv

  1. training om te klimmen
     Het slachtoffer is een 33-jarige medewerker van het politiekorps IJsselland. Hij maakte deel uit van het arrestatieteam Noord- en Oost-Nederland. De politieman is woensdag verongelukt tijdens een klimoefening.[1]
     Militair omgekomen bij klimoefening[2]
Synoniemen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2022 Weblink bron “Politieman komt om bij klimoefening” (Vrijdag 22 juni 2012, 14:20), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2022 Weblink bron “Militair omgekomen bij klimoefening” (Zaterdag 13 februari 2010, 12:37), NOS