klimaatregelaar
Uiterlijk
- kli·maat·re·ge·laar
- samenstelling van klimaat en regelaar
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | klimaatregelaar | klimaatregelaars |
verkleinwoord | klimaatregelaartje | klimaatregelaartjes |
de klimaatregelaar m
- (elektronica) installatie die de verwarming, vochtigheidsgraad en ventilatie in een gebouw afregelt op de gewenste waarden
- Het woord klimaatregelaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.