keelzak

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

fregatvogel met keelzak
Uitspraak
Woordafbreking
  • keel·zak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord keelzak keelzakken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de keelzakm

  1. uitrekbaar deel van de huid aan de keel
     'Ook de ouders behoren niet tot moeders mooiste met de karakteristieke kale kop, borstelige kopveren, hangende keelzak en gelige snavel. Maar Blijdorp is erg blij met het resultaat, want er zijn maar weinig dierentuinen die met succes maraboes fokken', aldus Blijdorp.[2]
     Wat. Een. Lelijkerd. Een vlassig rode babyharen baard en een keelzak als een leeggelopen ballon. Waar komt dit gedrocht vandaan? De dierentuin van Singapore? Laat hem daar alsjeblieft blijven zeg.[3]
Verwante begrippen

Gangbaarheid

56 % van de Nederlanders;
58 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink Weblink bron “'Lelijke' babyooievaartjes geboren in Blijdorp” (26-01-2012), Tubantia
  3. Bronlink Weblink bron “Tinder” (01 feb. 2017), De Telegraaf
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be