kanaalarm
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ka·naal·arm
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kanaal zn en arm zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kanaalarm | kanaalarmen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de kanaalarm m
- zijtak van een door mensen gegraven waterweg
- ▸ Toen destijds het Kanaal door Zuid-Beveland werd verbreed, moest een complete buurt, Hansweert-Oost, worden afgebroken. De gedempte kanaalarm die het overblijfsel is van deze kanaalverlegging vormt nu een lege zone tussen het nieuwe kanaal en het dorp. Ook bij eerdere dijkversterkingen moesten veel woningen het veld ruimen.[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'kanaalarm' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kanaalarm" herkend door:
65 % | van de Nederlanders; |
79 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Jan Dirk van Scheyen“Sloop huizen schrikbeeld van Hansweert bij dijkverzwaring” (09-02-2018), Reformatorisch Dagblad
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be