kaarde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kaar·de
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kaarde | kaarden |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- handgreep waaraan uitstekende naalden zijn bevestigd om daarmee de afgeschoren lange haren van dieren als schapen zo glad te strijken dat er draad van kan worden gesponnen
Synoniemen
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als werkwoord
Werkwoord
vervoeging van |
---|
kaarden |
kaarde
- aanvoegende wijs van kaarden
Gangbaarheid
- Het woord kaarde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kaarde" herkend door:
36 % | van de Nederlanders; |
24 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Niet met deze vorm in Woordenlijst Nederlandse Taal
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 36 %
- Prevalentie Vlaanderen 24 %