jeugdplan

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  jeugdplan    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• jeugd·plan

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  jeugd zn  en  plan zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	jeugdplan	jeugdplannen
verkleinwoord	jeugdplannetje	jeugdplannetjes

Zelfstandig naamwoord

het jeugdplan o

1. (sport) (onderwijs) een aantal voorgenomen handelingen en maatregelen die gericht zijn op het ontwikkelen van jonge sporters

   ▸ Lotto-Jumbo wil in 2019 van start gaan met een opleidingsploeg. Volgens algemeen directeur Richard Plugge is het ook de taak van Lotto-Jumbo om renners klaar te stomen voor een debuut bij de profs. "We zijn druk bezig met het opzetten van een jeugdplan, een onderdeel daarvan is een opleidingsploeg, hopelijk kunnen we dit op 1 januari uitrollen."

   ▸ De KNVB scout zelf in de leeftijdsgroep 11 tot en met 17. Scouts van de voetbalbond bezoeken clubs en nodigen dan talentvolle spelers uit voor het Jeugdplan dat in diverse regio's selectieteams heeft.

Gangbaarheid

• Het woord jeugdplan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.