infobox
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·fo·box
Woordherkomst en -opbouw
- van Engels infobox, dat een verkorting is van information box
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | infobox | infoboxen |
verkleinwoord | infoboxje | infoboxjes |
Zelfstandig naamwoord
- (wikitaal) een tabelvormige sectie op een artikel waar de belangrijkste kerngegevens van een artikel nog eens worden samengevat, meestal gegoten in een sjabloon.
- In de infobox stond bovenaan de volledige naam van het onderwerp.
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'infobox' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "infobox" herkend door:
91 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Engels
enkelvoud | meervoud |
---|---|
infobox | infoboxes |
Zelfstandig naamwoord
infobox
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Wikitaal in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 91 %
- Prevalentie Vlaanderen 93 %
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 7
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Wikitaal in het Engels