inbruin
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·bruin
Woordherkomst en -opbouw
- intensiverende afleiding van bruin (bijvoeglijk naamwoord) met in- (versterkend voorvoegsel)
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | inbruin | - | - |
verbogen | inbruine | - | - |
Bijvoeglijk naamwoord
inbruin
- heel bruin
- De hoofdman, een forsche, breedgeschouderde kerel, met inbruin, tanig gelaat, omlijst door gitzwarte, volle baard, spreekt Duitsch; hij vertelt, dat hij Hongaar is. [1]
Opmerkingen
Er bestaat geen vergrotende of overtreffende trap, maar er is wel een nog verder versterkte vorm: in- en inbruin.
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord 'inbruin' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ "Nederlandsch Nieuws" in: De grondwet jrg. 48 nr. 40 (12 mei 1908; p. 10 kol. 2; geraadpleegd 2015-07-26