ijshockeyspeler

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ijs·hoc·key·spe·ler
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ijshockeyspeler ijshockeyspelers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de ijshockeyspelerm

  1. (sport) sporter die in een ijshockeyteam speelt
     Katerina woonde samen met haar vriend, een Tsjechische ijshockeyspeler. Hij speelde een wedstrijd in Rusland op het moment dat zijn vriendin dood werd gevonden.[1]
     Door de jaren heen bouwde Petrescu een goede vriendschap op met Ion Tiriac, voormalig professioneel tennis- en ijshockeyspeler en huidig president van de Roemeense tennisfederatie. Zijn vermogen wordt op circa 1 miljard euro geschat.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 september 2022 Weblink bron “Tsjechisch topmodel dood gevonden in bad” (Vrijdag 14 november 2014), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 september 2022 Weblink bron
    Sebastiaan Quekel
    “Schatrijke Roemeen (68) overlijdt met gezin bij vliegtuigcrash, was onderweg naar familiefeest” (04-10-2021), Tubantia