huurstijging
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- huur·stij·ging
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van huur en stijging
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | huurstijging | huurstijgingen |
| verkleinwoord | huurstijginkje | huurstijginkjes |
Zelfstandig naamwoord
de huurstijging v
- het bedrag of het percentage waarmee de huur (per jaar) omhoog gaat
- Armoede door enorme huurstijgingen [1]
Gangbaarheid
- Het woord huurstijging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.