Naar inhoud springen

hoopvol

Uit WikiWoordenboek
  • hoop·vol
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen hoopvolhoopvollerhoopvolst
verbogen hoopvollehoopvollerehoopvolste
partitief hoopvolshoopvollers-

hoopvol

  1. veel hoop gevend
     De tafels zijn hoopvol gedekt voor het diner, maar truckersrestaurant Le Mistral straalt een zekere mismoedigheid uit. Een kapotte ruit is vervangen door een houten schot. Op de parkeerplaats ter grootte van een voetbalveld staat een handjevol vrachtwagens.[1]
    • Dat de koorts zakte bij het zieke kind was een hoopvol teken voor de heel bezorgde ouders. 
  2. met veel hoop en vertrouwen
     Na een kwartier stopte er een oude gedeukte Toyota met een mollige vrouw voorin, die vroeg waar ik naartoe moest. ‘Naar Casa de Luna,’ antwoordde ik hoopvol. ‘Oh, die lui. Dat zou ik niet doen, dat zijn gevaarlijke aso’s. Echte tokkies.’[2]
     De jonge ondernemer is hoopvol dat de Italiaanse anti-hennepwet na een juridisch traject zal sneuvelen. Hoogst onzeker is hoelang dat zal duren. En die onzekerheid is bad for business, merkt hij al maanden: "Investeerders gaan naar landen waar het veiliger is en klanten durven geen bestellingen meer te plaatsen."[3]
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[4]
  1. Bronlink Weblink bron
    Peter Giesen
    “Route Nationale 7, leuker dan de Route du Soleil” (30 juli 2014), de Volkskrant
  2. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  3. Bronlink geraadpleegd op 13 april 2025 Weblink bron
    Heleen D'Haens
    “Hennepverbod Italië wekt verbazing: 'net zo gevaarlijk als een kerstomaatje'” (13 april 2025), NOS
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be