hoefgetrappel

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hoef·ge·trap·pel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hoefgetrappel
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het hoefgetrappelo

  1. het geluid dat paarden maken als ze over een harde ondergrond draven
    • Volgens The Verge loopt de robothond meer als een paard dan als een hond. Het geluid dat daarbij wordt geproduceerd, doet denken aan hoefgetrappel. [2] 
    • Hoefgetrappel, hoorngeschal, blaffende honden en Annie Schreijer-Pierik. De CDA-Europarlementariër was zaterdag aanwezig bij de start van de 25e Wierdense slipjacht bij manege De Vossenbos in Hoge Hexel. [3] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen