hield groot

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hield groot
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
groothouden

hield groot

  1. enkelvoud verleden tijd van groothouden
    • Ik hield groot. 
    • Jij hield groot. 
    • Hij, zij, het hield groot. 


Gangbaarheid