Naar inhoud springen

hield

Uit WikiWoordenboek
  • hield
vervoeging van
houden

hield

  1. enkelvoud verleden tijd van houden
    • Ik hield. 
    • Jij hield. 
    • Hij, zij, het hield. 
     Mijn twaalfjarige dochter was stil en hield zich op de vlakte.[1]
97 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[2]
  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be