havenwethouder

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ha·ven·wet·hou·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord havenwethouder havenwethouders
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de havenwethouderm

  1. (politiek) wethouder in een havenstad die gaat over zaken die betrekking hebben op de haven
     Volgens havenwethouder Jeannette Baljeu laten de cijfers de aantrekkelijkheid zien van de regio Rotterdam voor ondernemers. Ze wijst op de samenwerking door gemeenten in de regio, de grootste haven van Europa, en tal van dienstverlenende bedrijven en infrastructuur.[1]
     Een geintje is het. Het campagnefilmpje van de Antwerpse havenwethouder Marc van Peel. In dat filmpje gooit hij een Nederlander in het water omdat die vervelend doet over de Antwerpse haven. De havenwethouder zegt dat zijn opmerkelijke campagnefilmpje bedoeld was als een persiflage op de "irritante" opstelling van Nederland de afgelopen jaren.[2]


Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 17 januari 2024 Weblink bron “Rotterdam trekt nieuwe bedrijven” (Woensdag 20 februari 2013, 10:47), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 januari 2024 Weblink bron “'Gooit u mij ook in de plomp?'” (Vrijdag 21 september 2012, 18:42), NOS