havenkantoor
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ha·ven·kan·toor
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van haven zn en kantoor zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | havenkantoor | havenkantoren |
verkleinwoord | havenkantoortje | havenkantoortjes |
Zelfstandig naamwoord
het havenkantoor o
- gebouw waar de adminstratie van een haven is gevestigd
- ▸ Getuigen zagen hoe iemand de ingang van de haven ramde met een met explosieven gevulde auto, waarna het voertuig explodeerde. Daarna volgde een schotenwisseling. De aanslag was gericht tegen politieagenten die in een havenkantoor papieren controleren, heeft een politiecommandant verklaard. Maar er vielen ook doden onder voorbijgangers en havenpersoneel.[1]
- gebouw waar de automatisering van de haven is gehuisvest
- ▸ In Groningen zijn volgens RTV Noord zestien bruggen die vanuit het Havenkantoor worden bediend, met vergelijkbare systemen als in Zaandam. Een van de systemen is verouderd, daar werken de brugwachters met een kleiner scherm met minder zicht.[2]
Gangbaarheid
- Het woord havenkantoor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Doden bij aanslag met autobom in hoofdstad Somalië” (Zondag 11 december 2016, 08:34), NOS
- ↑ Weblink bron “Groningen vervangt afstandsbediening bruggen” (Donderdag 3 november 2016, 10:54), NOS