haelstorm
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Afrikaans
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | haelstorm | haelstorms |
Zelfstandig naamwoord
haelstorm
- (meteorologie) hagelbui
- «As gevolg van die strawwe winter met reën en haelstorm het twintig mense aan siektes beswyk.»
- Als gevolg van de strenge winter met regen en hagelbuien zijn er twintig mensen aan ziektes bezweken.
- «As gevolg van die strawwe winter met reën en haelstorm het twintig mense aan siektes beswyk.»