grensverleggend
Uiterlijk
- grens·ver·leg·gend
- samenstelling van grens zn en verleggend ww
grensverleggend
- innoverend, baanbrekend, vernieuwend, innovatief, betrekking hebbend op het doorbreken van vroegere beperkingen
- Het innoverende bedrijf had steeds grensverleggende ideeën om andere producten te maken.
- Het woord grensverleggend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "grensverleggend" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be