grasgrond
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- gras·grond
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gras zn en grond zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | grasgrond | grasgronden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- grond waarop men gras kan telen
- ▸ Verder krijgen boeren de kans om met hun grasgrond tijdelijk iets anders te doen, bijvoorbeeld het laten groeien van mais. Nu willen boeren graag 80 procent van hun land als grasland gebruiken, dan krijgen ze namelijk een ontheffing voor het uitrijden van mest.[2]
- ▸ Niet dat Almelo de zaken niet goed voor elkaar heeft. Integendeel. Er gaat heel veel goed. Zo zet Almelo al geruime tijd in op begrazingsbeheer. Dat klinkt complex, maar is eigenlijk niets meer dan begrazing van grasgronden door runderen en schapen. Oplettende voorbijgangers hebben vast wel eens de kudde schapen gezien langs het fietspad bij de Wierdensestraat of de koeien bij het Lateraalkanaal.[3]
- term in de wapenkunde
Gangbaarheid
- Het woord 'grasgrond' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “EU-handreiking voor boeren om muizenplaag” (Dinsdag 14 april 2015, 15:26), NOS
- ↑ Weblink bron Jeroen de Kleine“Almelo is al groen, maar kan veel groener en daar kan provincie Overijssel bij helpen” (17-07-2020), Tubantia