grasfalt

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  grasfalt    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• gras·falt

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  gras zn  en  asfalt zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	grasfalt
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het grasfalt o

1. weiland waarin maar één grassoort groeit; weiland zonder enige biodiversiteit
2. asfalt waarin lijnzaadolie en olifantsgras is verwerkt

   ▸ De onder- en tussenlaag van het asfalt op de Tichelkampweg en Burenweg bestaat uit asfalt waar lijnzaadolie aan is toegevoegd. De deklaag van de Tichelkampweg wordt gemaakt met Grasfalt, een nieuw soort asfalt waarin olifantsgras is verwerkt. Het produceren van de grondstoffen lijnzaadolie en olifantsgras levert minder co2-uitstoot op. Bovendien kan het nieuwe wegdek van beide straten extra veel co2 opnemen. Olifantsgras neemt zelfs vier keer zoveel co2 op als bomen.

   ▸ Als de woorden van De Jager waarheid worden, stevent de weg over vijf jaar vanaf de Rijn recht op de Kandiadijk bij Loo af, een populaire plek voor wandelaars en fietsers. Passanten genieten hier van de tsjilpende vogels en de luid kwakende kikkers in het gebied. Fietsers zoeven over het autoloze fietspad dat Groessen met Pannerden verbindt. De populaire fietsroute is gemaakt van grasfalt, een innovatief asfaltmengsel waarin olifantsgras is verwerkt.

Gangbaarheid

• Het woord 'grasfalt' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.