giga-
Uiterlijk
![]() |
Huidig bestand |
---|
37 |
- Geluid: giga- (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɣiɣa / (2 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈχi.χa/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈɣi.ɣa/
- gi·ga-
giga-
- (natuurkunde) miljard, de factor 109 (voor een eenheid)
- ▸ De vraag van een gemiddeld huishouden ligt nu jaarlijks op 50 gigajoule (GJ), waarvan 40 GJ (80 procent) naar het verwarmen van het huis en het tapwater gaat, en 10 GJ naar elektriciteit.[1]
- met een buitengewoon formaat of op een heel grote schaal (voor een zelfstandig naamwoord)
- Het internetbedrijf boekte wereldwijd een gigawinst.
- (jongerentaal) in zeer hoge mate (bij bijvoeglijke naamwoorden en abstracte zelfstandige naamwoorden)
- Het wordt morgen schitterend weer, dus ik denk dat het festival gigadruk wordt.
- [1] G
- [1] nano-
- [3] De pagina Intensivering in het Nederlands geeft meer informatie over versterkende voorvoegsels.
- [1] gigameter (Gm), vierkante gigameter (Gm²), kubieke gigameter (Gm³), gigaliter (Gl), gigagram (Gg), gigaseconde (Gs), giga-annum (Ga), giga-ampère (GA), gigavolt (GV), gigawatt (GW), gigaohm (GΩ), gigasiemens (GS), gigafarad (GF), gigahenry (GH), gigabecquerel (GBq), gigacoulomb (GC), gigagray (GGy), gigahertz (GHz), gigajoule (GJ), gigakatal (Gkat), gigalumen (Glm), gigalux (Glx), giganewton (GN), gigapascal (GPa), gigasievert (GSv), gigatesla (GT), gigaweber (GWb), gigacandela (Gcd), gigakelvin (GK), gigamol (Gmol), gigawattuur (GWh), gigaparsec (Gpc), gigabyte (GB)
- [1] giga-elektronvolt, giga-ohm, gigabit, gigaton
- [1] gigachip (voorvoegsel heeft in dit geval betrekking op het aantal transistoren op de chip)
- [1] gieg
- [2] giga-evenement, gigastoring, gigategenvaller, gigavolière, gigawinst
- [2] gigatlon
- [3] giga-aardig, gigabang, gigacool, gigadruk, gigaduur, gigagroot, gigaleuk, gigaveel
- [3] gigahit, gigaster
- [3] de woorden met giga- als eerste deel dat het laatste deel versterkt, zijn eenvoudig te vinden in de categorie Intensivering in het Nederlands
SI-prefixen voorafgaand aan eenheden in het Nederlands (nld) |
---|
yocto- • zepto- • atto- • femto- • pico- • nano- • micro- • milli- • centi- • deci- • 1 • deca- • hecto- • kilo- • mega- • giga- • tera- • peta- • exa- • zetta- • yotta- |
- Het woord 'giga-' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑
Weblink bron
Marcel aan de Brugh“Warm douchen met een enorme batterij” (4 november 2016) op nrc.nl
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 5
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Voorvoegsel in het Nederlands
- Natuurkunde in het Nederlands
- Jongerentaal in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal