gestadig
Nederlands
Uitspraak
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·sta·dig
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van staan met het voorvoegsel ge- met het achtervoegsel -ig [1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | gestadig | gestadiger | gestadigst |
verbogen | gestadige | gestadigere | gestadigste |
partitief | gestadigs | gestadigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
gestadig
- geleidelijk, maar persistent
- Gestadige vordering.
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord gestadig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gestadig" herkend door:
79 % | van de Nederlanders; |
78 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ gestadig op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be