geluidsproductie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·luids·pro·duc·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord geluidsproductie geluidsproducties
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de geluidsproductiev

  1. het maken van geluid
     De overlast komt niet door een verhoogde geluidsproductie, maar doordat andere bronnen zijn weggevallen. Automotoren worden bijvoorbeeld steeds beter geïsoleerd en hoge schermen houden veel geluid tegen.[1]
     Een nieuw Europees energielabel voor apparaten, waarin ook het waterverbruik en de geluidsproductie wordt opgenomen, gaat de consument 15 euro per jaar energiebesparing opleveren. Dat denkt de Europese Commissie, die een voorstel heeft gedaan voor een gezamenlijk Europees energiebeleid.[2]
     Het waterinsect van de soort Micronecta scholtzi kan 'zingen' met een geluidssterkte van 99,2 decibel door met zijn penis tegen zijn onderlichaam te wrijven. Omdat 'ie zo klein is, is hij met deze geluidsproductie het geluidruchtigste dier ter wereld. Het gemiddelde niveau dat het diertje bereikt is 78,9 decibel, vergelijkbaar met het geluid van een passerende goederentrein. De wetenschappers zeggen dat het een 'lied' is waarmee ze een partner hopen te strikken.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 13 december 2023 Weblink bron “Stillere snelwegen, dus bromtoon valt meer op” (Vrijdag 8 september 2017, 11:39), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 13 december 2023 Weblink bron “Nieuw energielabel moet leiden tot lagere rekening” (Woensdag 15 juli 2015, 16:58), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 13 december 2023 Weblink bron “'Zingende penis' zet geluidsrecord voor waterinsecten” (Donderdag 30 juni 2011, 15:27), NOS