geilt op

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • geilt op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
opgeilen

geilt (...) op

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opgeilen
    • Jij geilt op. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opgeilen
    • Hij geilt op. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van opgeilen
    • Geilt op! 

Gangbaarheid