Naar inhoud springen

ganga

Uit WikiWoordenboek
Versie door Cadfaell (overleg | bijdragen) op 21 sep 2017 om 16:42 (nor: bewerkt)
  • Afkomstig van het Oudnoordse ganga

ganga

  1. lopen


  • Afkomstig van het Oudnoordse werkwoord ganga
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden tijd voltooid deelwoord
(supinum)
3e pers enk. 1e pers mv.
ganga gekk gengum gengið
volledig

ganga

  1. lopen
  2. werken (van machine)

ganga

  1. genitief onbepaald mannelijk meervoud van [[gangur#{{|no=1}}|gangur]][[Categorie:Zelfstandignaamwoordsvorm in het {{|no=1}}]]

ganga

  1. accusatief onbepaald mannelijk meervoud van [[gangur#{{|no=1}}|gangur]][[Categorie:Zelfstandignaamwoordsvorm in het {{|no=1}}]]


  • gan·gen
Naar frequentie zeldzaam

ganga

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van gange

ganga

  1. voltooide tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van gange

ganga

  1. voltooid (verleden) deelwoord van gange

ganga

  1. nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van [[gang#{{|no=1}}|gang]][[Categorie:Zelfstandignaamwoordsvorm in het {{|no=1}}]]


ganga

  1. koopje